KNV over leerlingenvervoer-rapport: ‘Bied ruimte voor kwaliteit’

26 januari 2022

Als het aan KNV ligt, moet de overheid met duidelijke richtlijnen komen voor het leerlingenvervoer. Dat zegt de werkgeversorganisatie naar aanleiding van het kritische rapport over de kwaliteit van leerlingenvervoer door Ouders & Onderwijs. Wel stelt KNV dat beseft moet worden dat vervoerders hun werk moeten doen binnen de kaders van het contract en dat hierin niet altijd genoeg ruimte is voor kwaliteit.

De belangenorganisatie Ouders & Onderwijs deed onderzoek onder ruim 500 ouders van kinderen die dagelijks gebruik maken van leerlingenvervoer. Daaruit blijkt dat ritten vaak te lang zijn, chauffeurs te vaak gewisseld worden en de situatie in de bus soms onveilig is. Gevolg is dat kwetsbare leerlingen uitgeput op school aankomen. Bovengenoemde uitspraken zijn niet representatief voor alle gebruikers van leerlingenvervoer, maar geven wel een duidelijk signaal.

Reistijd valt leerlingen zwaar

De meeste ondervraagde ouders hebben kinderen die niet ver van school wonen: 30% woont minder dan 10 kilometer en bijna 70% minder dan 20 kilomater van school vandaan. Toch heeft de helft van de kinderen een uur tot twee uur reistijd per dag en 27% zelfs meer dan twee uur. Er worden zelfs situaties genoemd waarin leerlingen op minder dan 6 kilometer van school wonen, die toch meer dan een uur onderweg zijn. De reistijd valt de leerlingen zwaar. Lobke Vlaming, directeur van Ouders & Onderwijs, stelde in het NOS Radio 1 Journaal dat de reden van de lange ritten is dat taxibedrijven hun wagens vol willen hebben.

Reactie KNV

Dat ouders hun licht laten schijnen over het leerlingenvervoer is geen probleem, geeft KNV voorzitter Bertho Eckhardt aan. De brancheorganisatie was zelf niet betrokken bij het onderzoek, maar wijst wel op het feit dat de vervoerder de ruimte moet krijgen om kwalitatief goed vervoer te kunnen bieden. Dat dit niet altijd het geval is ligt volgens Eckhardt aan de nadruk op de prijs van het vervoer bij aanbestedingen.

Maximale reistijd

Gemeenten hebben slecht zich op de manier waarop het vervoer is geregeld, stelt Lobke Vlaming. Volgens haar zouden gemeenten afspraken moeten maken met vervoerders over de maximale reistijd, met name voor jonge kinderen. Vlaming noemt maximaal drie kwartier en bij kinderen boven de twaalf maximaal een uur. Eckhardt geeft aan dat het invoeren van een maximum reistijd mooi klinkt en dat hier ook regelmatig over gesproken wordt in contracten, maar dat nu nog niet gezegd kan worden of het voorstel realistisch is. Dit zal volgens hem eerst nader bekeken en besproken moeten worden. Ook wijst hij op het huidige ziekteverzuim en grote tekort aan chauffeurs.

Chauffeurs met een pedagogische opleiding

In het rapport van Ouders & Onderwijs wordt ook het gebrek aan toezicht op kinderen in de taxi’s genoemd. De organisatie pleit voor vaste chauffeurs met een pedagogische opleiding, om onveilige situaties te voorkomen. Eckhardt reageert: ‘De chauffeur is allereerst een chauffeur. Dat is zijn of haar taak. Dat er soms meer komt kijken dan alleen chauffeursvaardigheden bij leerlingenvervoer snappen de ondernemers uiteraard ook. Vandaar dat je in het leerlingenvervoer ook wel ziet dat er begeleiders op de bus meegaan, soms ook met een bepaalde, specifieke achtergrond om met bepaalde situaties om te kunnen gaan.’

KNV: chauffeurs worden opgeleid

KNV benadrukt dat chauffeurs binnen de branche wel degelijk worden opgeleid. Zo biedt Sociaal Fonds Mobiliteit opleidingen aan over leerlingenvervoer. Ook wordt door veel opdrachtgevers het landelijke keurmerk TX-Keur geëist. Deze schrijft voor dat de chauffeur wordt opgeleid voor het werk dat zij of hij moet doen. Een garantie dat er in de praktijk niet iets mis kan gaan is dit niet, zeker wanneer er net een nieuw vervoerscontract is ingegaan en een overgangsperiode kort was. Wel geeft het volgens de werkgeversorganisatie aan dat de branche er serieus mee bezig is.

Bron: Taxipro + KNV