Criteria b3-scholen

10 augustus 2021

In art. 1a1 lid 1 Lpw staan de criteria vermeld waaraan niet bekostigde scholen zonder examenbevoegdheid moeten voldoen, vooraleer zij na toetsing door de inspectie van het onderwijs aangemerkt kunnen worden als een school waarop jongeren hun leerplicht kunnen vervullen. Deze scholen staan bekend als b3-scholen, te weten de scholen bedoeld in art. 1 onderdeel b, subonderdeel 3, van de Leerplichtwet 1969 .

De betrokken criteria staan niet rechtstreeks in art. 1a1 Lpw opgenomen. Ze staan daarin opgenomen via een opsomming van de na te leven artikelen en artikelleden uit de Wet op het primair onderwijs (WPO) of de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO). Sinds de introductie van deze criteria in 2007 zijn bij inmiddels tien verschillende gelegenheden wijzigingen in de WPO en WVO doorgevoerd die ook consequenties hadden moeten hebben voor de opsomming van de artikelverwijzingen in art. 1a1 Lpw. Desondanks bleven noodzakelijke aanpassingen steeds achterwege of werd uiteindelijk via een reparatiewet uit 2015 een wijziging doorgevoerd die tot gevolg had dat naar andere bepalingen werd verwezen dan oorspronkelijk bedoeld. De wetgever heeft via de wet van 1 juli 2020, Stb. 235 (actualisering deugdelijkheidseisen) een poging gedaan de opsomming van de relevante delen van met name art. 8 WPO te repareren. Deze wet zal voor wat het hier bedoelde onderdeel betreft op 1 augustus 2022 in werking treden. Er is niettemin een kans dat die reparatiepoging niet zal slagen. Dat komt omdat intussen de wet van 23 juni 2021, Stb. 320 (verduidelijking burgerschapsopdracht) tot stand is gekomen en op grond van Stb. 2021, 321, vervroegd, namelijk al meteen ingaande 1 augustus 2021, in werking is getreden. Via deze wet is een al in 2007 ontstane nalatigheid in de opsomming van de relevante artikelen uit de WVO hersteld en is als gevolg van de toevoeging van een nieuw lid 3a in art. 8 WPO de opsomming van de relevante bepalingen uit art. 8 WPO aangepast. De consequentie van met name dit laatste is dat de tot reparatie strekkende wijzigingsopdracht die staat opgenomen in wet die op 1 augustus 2022 in werking zal treden niet meer kan worden uitgevoerd, omdat die verwijst naar een niet meer bestaande wettekst.

In het op 9 december 2020 aan de Tweede Kamer aangeboden wetsontwerp nr. 35671 betreffende de zogenoemde doorstroomtoets bij de overgang tussen het basis- en het voortgezet onderwijs is een overgangsbepaling opgenomen die moet bewerken dat art. 1a1 lid 1 Lpw uiteindelijk toch ook weer de juiste opsomming krijgt van de door b3-scholen na te leven artikelen en artikelleden uit de WPO en WVO. Dit inclusief de wijzigingen die dat wetsontwerp beoogt aan te brengen in art. 8 WPO . Voor zolang dit wetsontwerp nog niet tot wet is verheven en in werking is getreden blijft de opsomming van de door b3-scholen na te leven voorschriften uit met name de WPO dus gebrekkig, met dien verstande dat sinds 1 augustus 2021 wel vaststaat dat het bepaalde in art. 8 lid 3 en lid 3a WPO en in art. 17 WVO – inclusief het nieuwe tweede lid van dit artikel – betreffende burgerschap en sociale cohesie als criterium voor b3-scholen geldend is.